Borstkanker

Diensten > Reconstructieve chirurgie > Borstkanker

In onze maatschapij is borstkanker een frekwente ziekte die één vrouw op 9 betreft.


Algemeenheden van borstkanker


Opsporingscampagnes laten tegenwoordig toe dat borsttumoren in een vroeg stadium worden ondekt. Dit verbetert ook de overlevingskansen. 

De behandeling kan bestaan uit een tumorectomie (onvolledige borst-verwijdering) al dan niet met een radio(bestralings-)therapie of uit een mastectomie (volledige verwijdering van de borst). 

Een borstreconstructie kan uitgevoerd worden indien de patient dit wenst.  

Bij een onmiddellijke reconstructie wordt de borst gereconstrueerd tijdens de operatie waar de borst wordt weggenomen. Dit gebeurt als de patient op het eerste zicht geen bijkomende behandeling nodig heeft.

In het geval er radio- of chemotherapie nodig is, wordt de borstreconstructie in een tweede tijd later uitgevoerd.In het geval er radio- of chemotherapie nodig is, wordt de borstreconstructie in een tweede tijd later uitgevoerd. 

Verschillende borstreconstructie-technieken :
1) Borstreconstructie met behulp van borstprothese
2) Borstreconstructie met latissimus dorsi flap
3) Borstreconstructie met spier-huidflap van de grote rechte buikspier (TRAM)
4) Heelkundige correctie van de niet tumorale borst
5) Reconstructie van tepel en tepelhof





Borstreconstructie met behulp van borstprothese


Algemeenheden :

Deze techniek is vrij eenvoudig en bestaat uit het plaatsen van een borstprothese onder de grote borstspier. Het volume van de prothese kan eventueel na de plaatsing nog aangepast worden.

Deze vorm van borstherstel is aangeraden bij patienten die een bijkomende bestraling gekregen hebben of dienen te ondergaan.

In het geval van een onmiddellijke reconstructie kan men een definitieve prothese gebruiken met een definitief volume.

In tegenstelling tot een reconstructie die later plaats vindt brengt men een prothese in waarvan het volume in de daarop volgende weken beetje bij beetje wordt verhoogd.

Deze prothese kan eventueel na een tweede ingreep vervangen worden door een prothese met een definitief volume.


Post-operatieve raadplegingen

3de dag : verwijderen drain
10 of 12de dag : verwijderen hechtingsdraden
2 à 8ste week : aanpassen volume van de prothese zo nodig
3de maand : eventuele vervanging van de prothese
6 of 12de maand : definitief resultaat





Borstreconstructie door latissimus dorsi (spier-)flap (rug)


Algemeenheden :

De latissimus dorsi is een platte spier gelokaliseerd in de rug.

Deze spier met een huidflap mag worden verplaatst naar de thoracale regio die het ontbreken van huid oplost en een zeker volume geeft. 

Het verplaatsen van een deel van de spier heeft geen invloed op het functioneel herstel; patienten kunnen na de operatie al de handelingen doen die zijn vooraf deden Deze techniek is geindiceerd bij patienten die voorafgaande radiotherapie ondergaan hebben.

De ingreep is gewoonlijk gecombineerd met de plaatsing van een borstprothese om de volume van de borst teruggeven.

Het litteken van deze operatie bevindt zich op de rug maar door het dragen van een bh is deze niet zichtbaar.

Algemene anesthesie is noodzakelijk en vraagt een hospitalisatie van ongeveer 8 tot 10 dagen.

Werkonbekwaamheid gedurende 4 tot 6 weken


Post-operatieve raadplegingen :

8de dag : verwijderen drains
1, 2 en 3de maand : opvolging van litteken en van de zwelling
6 en 12 maand : definitief resultaat





Borstreconstructie door een spierflap van de grote rechte buikspier (TRAM of DIEP).


Algemeenheden :

Door deze techniek wordt het teveel aan vet weefsel en huid van de onderbuik gebruikt voor een borstreconstructie.

Het grote voordeel van deze ingreep is dus dat het volume van het weefsel vaak volstaat en er geen prothese meer hoeft geplaatst te worden. 

Deze ingreep is dus niet meer mogelijk indien de patient voorafgaande buikheelkunde heeft ondergaan zoals het herstel van de buikwand of zoals een abdominoplastie in de esthetische heelkunde.

De operatie duurt ongeveer 4u30, gebeurt onder algemene anesthesie en vraagt een hospitalisatie van ongeveer 8 dagen.

Systhematisch wordt er een peridurale catheter geplaatst om de post-operatieve pijnbestrijding te optimaliseren.

Werkonbekwaamheid gedurende 4 tot 6 weken.

Postoperatieve raadplegingen :

8ste dag : verwijderen van drains
15de dag : verwijderen hechtingsdraden
1, 2 en 3de maand : opvolging van littekenvorming en zwelling
6 en 12 maand : definitief resultaat





Heelkundige correctie van de niet tumorale borst (remodellage)


Als een contra-laterale (aan de andere kant) borst te volumineus is of afhangt kan een borstreductie of een remodellage nodig zijn.

Deze laatste ingreep bestaat erin om de borst te herpositioneren op de borstkast met behoud van zijn volume (igv remodellage geen verandering van volume). 

Postoperatieve raadplegingen :

10de dag : verwijderen hechtingsdraden 6 weken, 3de, 6de en 12de maand





Reconstructie van tepel en tepelhof


Dit betreft de 2 laatste etappes van de borstreconstructie.

De tepel kan worden gereconstrueerd door middel van een lokale plastie of door een greffe van de helft van de andere tepel.

Zes weken later wordt het tepelhof getatoueerd.

Beide ingrepen vinden plaats op dagchirurgie, duurt een klein half uurtje en gebeuren onder lokale anesthesie.

Geen werkonbekwaamheid.